(44)

Toegang tot de Vader, vrede en autoriteit in Christus

Omdat het veel gelovigen ontbreekt aan een openbaring over de Vader, neigen zij er toe, bewust of onbewust, om binnen de kerk de vertrouwde maatschappelijke scheidslijnen en hiĂ«rarchieĂ«n te accepteren en reproduceren. Maar de Vader wekte Jezus op van de dood opdat hij alle aspecten van het menselijk leven binnen elke maatschappij zou veranderen, door daarbinnen een nieuwe verrezen maatschappelijke schepping te plaatsen,- de kerk. Wij zijn nu allemaal ‘lid van Gods huishouden’ met gelijke toegang tot de Vader, omdat we allemaal (volwassen) ‘mede-erfgenamen’ zijn in Christus, ongeacht voormalige, maatschappelijk gedefinieerde posities. Als ontvangers van deze opstandingskracht kan geen enkele persoon of groep nog langer voorrang of superioriteit opeisen over ‘anderen’ in de kerk. Noch kan enige persoon of etnische groep zich er op beroepen deze nieuwe autoriteit van het ‘zoonschap’ uit te oefenen los van andere broers en zussen. Zelfs voormalige vijanden moeten leren wandelen in de ‘samen-binding’ van vrede die door Jezus’ dood aan het kruis heeft vorm gekregen en waarin wij mee-levend gemaakt’ zijn door Christus, alsook ‘mee-opgewekt’ en ‘mee-gezeten’ zijn in hem. – Johanna Duran-Greve (Duitsand) & JKM

SCHRIFTGEDEELTE

Genade zij jullie en vrede van God, onze Vader
 ·Ik houd niet op
 jullie te gedenken in mijn gebeden ·dat:
 de Vader der heerlijkheid, jullie de Geest van
 openbaring zal geven, tot volle kennis van hem, ·  zodat jullie zullen weten:
 wat de rijkdom is van zijn heerlijk erfdeel
 ·en wat de allesovertreffende grootheid is van zijn macht aan ons die geloven
 ·die hij gewerkt heeft in de Messias toen hij hem opwekte uit de doden en deed zetelen aan zijn rechterhand onder de hemelse wezens, ·hoog boven alle overheid en gezag, alsook macht en heerschappij, en alle naam die wordt genoemd
 in deze eeuw
 ·Hij
 heeft hem het hoofd gemaakt over alle dingen voor de kerk. (EfeziĂ«rs 1:2a, 16-22 PH)

Jullie waren
 dood in de misstappen en zonden ·waarin jullie eens wandelden: overeenkomstig de eeuw van de wereld,- overeenkomstig de overste, de autoriteit van de lucht, de geest van hem die nu werkt in de zonen der ongezeglijkheid. ·Onder wie ook wij allen eens verkeerden in de verlangens van het vlees, toen we handelden naar de neigingen en gedachten van het vlees; dus waren wij van nature kinderen onder rechte toorn, evenals de overigen. ·Maar God, die rijk is in ontferming, heeft ons vanwege zijn grote liefde waarmee hij ons liefhad ·toen we dood waren in onze struikelingen, door de Messias mee-levend gemaakt; want uit genade zijn jullie gered;·en hij heeft ons in Christus Jezus mee-opgewekt en ons mee doen zetelen onder de hemelse wezens: ·opdat hij in de komende eeuwen de allesovertreffende rijkdom van zijn genade zou betonen
 ·  En dat is Gods gave; niet vanuit jullie zelf, noch vanuit jullie werken, opdat niemand zich daarop zou beroemen. Want zijn maaksel zijn wij, in Christus Jezus geschapen voor de goede werken die God tevoren heeft bereid, opdat wij daarin zouden wandelen. (Ef. 2:1-10 PH)

Eens werden jullie, de volkeren [Gr. ta ethne][i] 'in het vlees', "voorhuid" genoemd – ondergeschikt aan wie, door een ingreep 'in het vlees', "besneden" werd genoemd – ·omdat jullie toentertijd
 vervreemd waren van het burgerschap van IsraĂ«l en vreemdelingen wat betreft de verbondsbeloften
 ·Maar nu zijn jullie
 door Christus Jezus ‘nabij’ geworden door het bloed van de Messias. ·Want hij is onze vrede, degene die beide delen Ă©Ă©n gemaakt en in zijn vlees de tussenmuur van erfscheiding, de vijandschap, weggebroken heeft, ·door de wet van voorschriften in de vorm van menselijk verordeningen buiten werking te stellen, om zo in zichzelf
 Ă©Ă©n nieuwe mensheid te scheppen... ·En om die beide in Ă©Ă©n lichaam te verzoenen met God, door het kruis,- daarin de vijandschap dodend. ·Bij zijn komst heeft hij jullie goede nieuws verkondigd: “Vrede aan jullie, degenen ver weg, en vrede aan degenen nabij” [Jes. 57:19 LXX], ·want door hem hebben wij beiden in Ă©Ă©n Geest toegang tot de Vader. ·Nu zijn jullie geen ‘vreemdelingen en bijwoners’ meer, maar mede-burgers onder de heiligen, en leden van Gods huisgezin ·dat gebouwd wordt op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Jezus Christus zelf de hoeksteen is. ·In hem groeit elk goed samen-gevoegd gebouw uit tot een tempel, heilig in de Heer. ·In hem worden ook jullie mee-opgebouwd in de Geest tot woonplaats van God. ·In Christus Jezus...,  zijn de volkeren [Gr. ta ethne] mede-erfgenamen, mede-lichaam van en mede-deelhebbers aan zijn belofte. (Ef. 2:11-22; 3:6 PH)

MEDITATIE

Paulus is dankbaar voor het nieuwe leven dat hij ziet in deze gelovigen door hun geloof in Jezus. Maar oude etnische hiĂ«rarchieĂ«n en tweedelingen ondermijnen hun eenheid in de kerk. Zij hebben een openbaring over de Vader nodig om te zien dat Jezus niet kwam om de maatschappelijke orde te herstellen naar een Oudtestamentisch patroon. In tegendeel, de opstandingskracht die de Vader uitoefende in Christus ‘voor ons’ is bedoeld om alle aspecten van het menselijk leven te veranderen, door de kerk binnen samenlevingen te brengen,- als een nieuwe maatschappelijke creatie.

Was jij het lievelingetje thuis of was iemand anders dat? En was je binnen de maatschappij een ‘burger’ van je land, of het kind van geĂŻmmigreerde ‘vreemdelingen’? Die eersten ervaren vaak veel gemakkelijker maatschappelijke acceptatie dan de laatsten. In iedere menselijke maatschappij zijn er statusindicators die sommige mensen toegang geven tot een ingewijden groep en die maken dat anderen zich buitengesloten of aan de zijlijn geparkeerd voelen. Veel van deze positieve of negatieve statusindicators zijn lichamelijk, zoals besnijdenis, huidskleur of een lichamelijke handicap. Deze en andere tweedelingen en hiĂ«rarchieĂ«n worden vaak versterkt door ‘voorgeschreven verordeningen’ en neerbuigende namen als ‘voorhuid’, ‘illegale vreemdeling’, ‘domkop’ of ‘lelijkerd’. Mensen gebruiken zulke namen om hun eigen status of die van het eigen volk te versterken, of om ‘de ander’ te treffen die hen verwond heeft of die op de een of andere manier als een bedreiging gezien wordt. Zulke namen houden de ‘vijandschap’ en de ‘tussenmuren van erfscheiding’, die kenmerkend zijn voor gevallen maatschappijen en religieuze groeperingen, in stand. En zoals Paulus’ brief aantoont kunnen zulke hiĂ«rarchieĂ«n en tweedelingen, bewust of onbewust, in stand gehouden worden binnen de kerk.

Paulus erkent dat God, voor de komst van Christus, IsraĂ«l een uitverkoren positie gegeven had (Med.#C). Maar door Jezus' dood en door de kracht van zijn opstanding heeft de Vader een ‘nieuwe mensheid’ geschapen waarin iedereen nu gelijke toegang tot hem heeft in de Geest. Om dit te onderstrepen, bevestigt Paulus dat hij en zijn Joodse volksgenoten (‘wij’) net zo ‘dood’ waren in hun zonden, en in dezelfde mate de Vaders opstandingskracht in de Messias nodig hadden als de niet-Joodse gelovigen (‘jullie’). Daarna neemt hij dezelfde Griekse woorden die hij had gebruikt om te beschrijven hoe de Vader Jezus opwekte [Gr. egeiras] en deed zetelen [Gr. kathisas] boven alle huidige ‘overheid, gezag, enz.’, en past die toe op ons,- benadrukkend dat ‘in Christus’ gelovigen uit alle etnische groepen ook ‘mee-opgewekt’ [Gr. sun-egeiren] zijn en ‘mee zetelen’ [Gr. sun-kathisen] ‘onder de hemelse wezens’. Deze nieuwe positie en autoriteit in Christus is deel van de rijke ‘waarborg’ van de heerlijkheid van zijn erfdeel die we al genieten in de Geest (Med.#8).

Daarna gebruikt Paulus deze ‘me(d)e’ (‘samen’) constructie nog tien keer!, om de gemeenschappelijke aard van dit erfdeel en van onze nieuwe autoriteit in Christus te benadrukken. God onze Vader, die ons allemaal mee-levend gemaakt heeft ‘door de Messias’, heeft ons ook allemaal ‘in Christus’ ‘mede-burgers’, (volwassen) ‘mede-erfgenamen’ en Ă©Ă©n ‘mede-lichaam’ gemaakt (Med.#6)! Wat onze maatschappelijke positie of ons ‘zondig’ verleden ook is, we zijn nu allemaal ‘mede-deelhebbers’ in de belofte aan Abraham. Nu we allemaal zijn ‘samen-gevoegd’ worden we allemaal ‘samen-verbonden’ (Ef.4:16) en ‘mee-opgebouwd’ in de ‘samen-binding’ van de vrede (Ef. 4:3) tot een ‘heilige tempel’ waar God woont,- en waar wij de macht van zijn Geest ‘samen’ ervaren (Ef. 3:18). Hoe ontwricht ons gezin ook was – hoe ‘ver weg’ of ‘nabij’ onze ouders of onze broers en zussen ons ook waren – we hebben nu allemaal gelijke toegang tot de Vader als ‘leden van zijn huisgezin’. Wat voor historische wonden ik of mijn volk ook opgelopen heb uit de hand van een andere persoon of een ander volk, Christus’ dood aan het kruis heeft elke ‘tussenmuur van erfscheiding’ weggebroken. En hij is onze vrede geworden door ‘in zijn vlees’ elke voorgaande basis voor ‘vijandschap’ tussen ons en ‘anderen’ buiten werking te stellen.

In de jaren volgend op de genocide in Rwanda voelde Rhiannon Lloyd zich door God geleid om driedaagse ‘kruisworkshops’ te houden in dat land. De deelnemersgroep bestond uit zowel daders als families van de slachtoffers. Op de eerste dag vertelde zij haar eigen verhaal over het onrecht dat de Welshmen is aangedaan door de Engelsen. Toen nodigde zij de mensen die geleden hadden uit om hun eigen verhaal te vertellen en hun pijn uit te spreken. De volgende dag vroeg ze hen om te vertellen waar ze God ervoeren in het midden van hun lijden. Hoewel eerst verbaasd begonnen mensen zich gebeurtenissen te herinneren die alleen verklaard konden worden door Gods genadevolle aanwezigheid. Op de derde dag spijkerden ze hun opgeschreven verhalen op een houten kruis en keken toe hoe het verbrand werd. Jezus nam hun pijn en doorbrak de scheidsmuren en de vijandschap. Daarna vertelde Rhiannon hoe ze de Engelsen had moeten vergeven. En als Europese beleed ze schuld voor het onrecht dat Afrika door de eeuwen heen was aangedaan en vroeg de Rwandezen haar als vertegenwoordigster van Europa te vergeven. Dit opende de deur voor Hutu’s en Tutsi’s om schuld te belijden en elkaar om vergeving te vragen. In iedere workshop deed God een diep verzoenend werk terwijl mensen uit beide groepen elkaar huilend omarmden.[ii]

Leef jij de ‘opstandingskracht’ van deze gelijke toegang tot de Vader,- in Christus, door de Geest, uit in je relatie met al je broers en zussen: in je kerk of zendingsorganisatie, en in al je interculturele relaties, zowel plaatselijk als tijdens internationale vakanties en zendingsreizen naar andere landen?

HET WOORD BIDDEN

Vader, aan wie alle vaderschap in hemelen en op aarde de naam ontleent, geef ons de Geest van wijsheid en openbaring tot kennis van uw opstandingskracht aan ons. Sterk ons met deze kracht door uw Geest: opdat we samen uw liefde mogen kennen en samen in de kerk uw volheid, uw glorie en uw rijkgeschakeerde wijsheid, en de allesovertreffende rijkdom van uw genade in Christus Jezus, mogen laten zien als één nieuwe mens.  (Ef. 3:14-15[iii], 1:17,19; 3:16-19,21,10; 2:7,15)

Dank u dat u mij, en ons allemaal samen, een nieuwe schepping maakt in Christus! (Ef. 2:6,10; Gal. 6:15; 2 Kor. 5:17)

VOETNOTEN

[i] Hoewel de letterlijke betekenis van het Griekse ta ethne ‘de volkeren’ is, is de gebruikelijke vertaling daarvan in het Engels (Gentiles) een verengelste vorm van de geĂŻndividualiseerde versie (gentilis) van het Latijnse woord voor ‘volken’ (gentes), in het Nederlands meestal vertaald met ‘heidenen’ of ‘heidenvolkeren’. Dit heeft bijgedragen aan het in stand houden van een Oudtestamentische tweedeling die ingaat tegen de openbaring (Med.#6) die Paulus er toe gebracht heeft zijn vroegere Joodse wereldbeeld te herzien,- de openbaring dat alle gelovigen, de Joodse incluis, nu ‘mede-burgers’ en ‘mede-erfgenamen’ zijn. (NB: de woorden ‘met IsraĂ«l’ in sommige vertalingen van Ef. 3:6 staan niet in het Grieks!).

[ii] Zie: Erik Spruyt, Rhiannon Lloyd, RenĂ©e Schudel: ‘The Cross of Christ in Debriefing and Ethnic Reconciliation’ in Kelly O’Donnel, (ed.) ‘Doing Member Care Well: Perspectives and Practices from Around the World’, blz. 505-509. Zie ook: de behandeling van Miroslav Volf van Efeze 2 in: Exclusion and Embrace: A Theological Exploration of Identity, Otherness and Reconciliation, Abingdon Press, 1996, blz. 47-49.

[iii] Leden kunnen deze link gebruiken om een muzikale versie van Paulus’ Gebed (EfeziĂ«rs 3:14-21) in het Engels (Paul's Prayer) te bekijken en te beluisteren.