(53)
De Vaders liefde en het overwinnen van compromissen met de wereld
‘God als onze Vader’ en ‘liefde’ zijn de belangrijkste thema’s in de eerste Nieuwtestamentische brief geschreven door de apostel Johannes. In deze meditatie zullen we kijken naar een specifieke manier waarop hij deze twee thema’s verbindt met een derde thema in zijn brief: ‘de wereld’. Johannes gebruikt deze term om de fysieke en maatschappelijke omgeving waarin wij leven te beschrijven: de gevallen ‘wereld’ die momenteel gebonden ligt onder de macht van de boze, de gevallen ‘wereld’ waartoe Jezus kwam als Redder, en de gevallen ‘wereld’ die strijdt met de Vaders liefde om de trouw van ons hart. En volgens Johannes is er in ons hart alleen plaats voor ofwel de Vaders liefde voor ons, ofwel voor de verschillende manieren waarop wij er voor kiezen ‘de wereld’ lief te hebben. Als wij voor dat laatste kiezen dan begeven wij ons op de duistere weg van compromissen. Onze twee Pleitbezorgers echter, de Heilige Geest en de opgevaren Jezus, kunnen ons helpen gericht te blijven op de liefde van onze Vader, waardoor het houden van zijn geboden en het blijven in zijn Woord geen last meer lijken te zijn. - JKM
Tekst van de meditatie
'Vader' teksten: 1 Johannes 1:2,3; 2:1, 14,15,16, 23; 3:1
Schriftgedeelte: 1 Joh. 1:1-3,5-6,9; 2:1-2, 5-6,14-17,23; 3:1,9-10,13; 4:4,9,13-16; 5:3-5,14-15,18-19
Introductievideo duur: 00:56
SCHRIFTGEDEELTE
Het Woord… ·…het eeuwige leven… {naar} de Vader... is verschenen. ·…, opdat ook {jullie[i]} [gemeenschap zouden hebben]… met de Vader en met zijn Zoon…. ·…God is licht, er is in hem geen spoor van duisternis. ·Als we zeggen dat we [gemeenschap met hem hebben] terwijl we onze weg in het duister gaan, liegen we en leven we niet volgens de waarheid. ·Belijden we onze zonden, dan zal hij, die trouw en rechtvaardig is, ons onze zonden vergeven en ons reinigen van alle kwaad. ·Ik schrijf jullie… opdat jullie niet zondigen. Mocht een van jullie echter toch zondigen, dan hebben wij een Pleitbezorger[ii] {naar} de Vader: Jezus Christus, de rechtvaardige[; ·en hij is het Zoenoffer[ii]] voor onze zonden… ·In wie zich aan Gods woord houdt, is zijn liefde {tot volle wasdom gekomen}; hierdoor weten we dat we in hem zijn. ·Wie zegt in hem te blijven, behoort [ook zelf zo te wandelen, als hij gewandeld heeft. ·Ik schrijf jullie…, omdat jullie de Vader kennen.] ·Jongeren, jullie schrijf ik:…, het woord van God blijft in jullie, en jullie hebben [de boze] overwonnen. (1 Johannes 1:1-3,5-6,9; 2:1-2,5-6,13c,14c NBV {S4A} [VM])
Heb de wereld en wat in de wereld is niet lief. Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem, ·want alles wat in de wereld is – [de begeerte naar het vlees, de begeerte van de ogen en de hoogmoed van het leven] –, dat alles komt niet uit de Vader voort maar uit de wereld. ·De wereld met haar begeerte gaat voorbij, maar wie Gods wil doet blijft tot in eeuwigheid. ·Wie de Zoon erkent, heeft ook de Vader. ·[Ziet, welk een liefde de Vader ons gegeven heeft, dat wij kinderen van God genoemd zouden worden, en wij zijn het ook]. Dat de wereld ons niet kent, komt doordat de wereld hem niet kent. ·Wees niet verbaasd… als de wereld jullie haat. ·Wie uit God geboren is [doet de zonde niet], want Gods zaad is blijvend in hem. … ·…De Zoon, die uit God geboren werd, beschermt hem, zodat [de boze] geen vat op hem heeft. ·Wij weten dat… de hele wereld in de macht is van [de boze]. (1 Joh. 2:15-17,23b; 3:1,13,9; 5:18-19 NBV [VM])
En hierin is Gods liefde ons geopenbaard: God heeft zijn Zoon, [de eniggeborene], in de wereld gezonden, opdat we door hem zouden leven. ·…hij heeft ons liefgehad en heeft zijn Zoon gezonden [als Zoenoffer[ii]] voor onze zonden. ·[Hieraan herkennen wij] dat wij in hem blijven en hij in ons, …doordat [hij ons van zijn Geest gegeven heeft.] … ·Wij hebben [de liefde die God bij ons onderhoudt] leren kennen en vertrouwen daarop. … ·Wie in de liefde blijft, blijft in God, en God blijft in hem. ·… {Degene} in jullie… is [groter] dan {degene} in de wereld… ·God liefhebben houdt in dat we ons aan zijn geboden houden. Zijn geboden zijn geen zware last, ·want ieder die uit God geboren is, overwint de wereld. En de overwinning op de wereld hebben wij behaald met ons geloof... ·…dat Jezus de Zoon van God is. ·Wij kunnen ons vol vertrouwen tot God wenden, in de zekerheid dat hij naar ons luistert als we hem iets vragen dat in overeenstemming is met zijn wil. ·En omdat we weten dat hij naar ons luistert, wat we hem ook vragen, weten we ook dat we alles al hebben gekregen wat we hem gevraagd hebben. (1 Joh. 4:9-10,13,16,4; 5:3-5,14-15 NBV [NB] {S4A})
MEDITATIE
Allen die hun geloof gesteld hebben in Jezus zijn hersteld in een relatie met God als hun Vader. De grootste bedreiging voor deze gemeenschap is niet gelegen in korte terugvallen in de zonde – aangezien onze Vader ons vergeeft als we onze zonden belijden en terugkeren naar het wandelen in zijn licht – maar eerder in de duistere wegen die we verkiezen als we dat niet doen. In deze meditatie zullen we kijken naar de tweede van de vier duistere wegen die Johannes in zijn brief noemt: compromissen met ‘de wereld’.
Wat Johannes ‘de wereld’ noemt, is niet de wereld van ‘Gods schepping in al haar pracht en glorie’, maar eerder de wereld die onder ‘de macht van de boze’ ligt, die ‘in de wereld’ is. En hij probeert ieder ogenblik een verscheidenheid aan zaken in deze gebonden en gecorrumpeerde wereld te gebruiken om onze aandacht en onze liefde op te eisen door ons veelvuldige en dringende boodschappen te zenden via ons lichaam, onze ogen, en onze maatschappelijke relaties. Om te groeien tot volwassenheid in de liefde van onze Vader moeten we de boze overwinnen door stand te houden tegenover de eisen van ‘de wereld’ die tot ons komen door deze drie Godgegeven kanalen.
De ‘begeerte van het vlees’ duidt op elke boodschap die via je lichaam komt en die je dringt tot vertroosting met iets dat tegengesteld is aan Gods ingeschapen doel daarvan. Op die manier worden onze natuurlijke fysieke verlangens – zoals naar eten, drinken en seks – verwrongen tot verleidingen: om te schransen, je te bedrinken, om ‘stoned’ te worden, en om je bezig te houden met allerlei vormen van seksuele bevrediging buiten het huwelijk om. De ‘begeerte van de ogen’ duidt op elke boodschap die maakt dat je gelooft dat je absoluut datgene waarop je oog gevallen is moet hebben. Op die manier kan de eenvoudige waardering voor schoonheid en waarde verdorven worden tot allerlei vormen van begeren,- dat wil zeggen het verlangen of de begeerte naar dingen en relaties die we zien maar niet hebben. ‘De hoogmoed van het leven’, ten slotte, duidt op het jezelf willen vergelijken met anderen: heeft iemand meer of minder dan ik, weet hij of zij meer of minder dan ik, of heeft hij of zij een hogere of lagere maatschappelijke positie dan ik? Op die manier worden we er toe verleid te zoeken naar dingen waarin we kunnen ‘roemen’, door het vermeerderen van rijkdom, kennis of macht, in plaats van onze zekerheid en betekenis te vinden in gezonde relaties,- met mensen, en in het bijzonder met God (Jer. 9:23-24).
Johannes identificeert vier dingen die jou en mij kunnen helpen de moed te verzamelen om op te staan tegen de machten van de boze die aan het werk zijn in de landen en de steden waarin we wonen. Allereerst benadrukt hij dat ‘Degene in jullie’ – de Heilige Geest – groter is dan ‘degene in de wereld’. Ten tweede, de wereld en haar verdorven begeerten zijn tijdelijk, terwijl leven naar de Vader, door het doen van zijn wil, eeuwig is. En verder, de mensen die zulke druk uitoefenen weten niet wie we werkelijk zijn; en als het hen zo uitkomt dan zullen ze ons afwijzen (‘haten’), net zoals ze ook met Jezus deden (Med.#57). Stand nemen tegen de boze en deze verdorven begeerten vereist daarom het dagelijks maken van keuzes.
Echter, Christelijke volwassenheid komt niet voort uit beter je best doen om Gods wil te doen, maar uit het derde en meest belangrijke punt dat Johannes benadrukt. Wanneer we toegeven aan de wereld en haar begeerten, zegt hij, dan is er geen plaats meer in ons hart voor de liefde van de Vader. En ik heb ontdekt dat het omgekeerde ook waar is. Dus wanneer ik verleid word door een van de begeerten van de wereld, dan begin ik mijn Vader te aanbidden voor zijn liefde voor mij in Jezus. Met mijn hart vervuld van zijn liefde hertaal ik dan mijn verlangens en noden als ‘verzoek’ aan hem,- in ‘vertrouwen’ dat hij mijn ware verlangens kent en mij het goede geeft. Wanneer we zijn koninkrijk en het gehoorzamen aan zijn wil onze eerste prioriteit maken, dan mogen we onze Papa overal om vragen, er van verzekerd dat hij ons zal horen,- en ons zal antwoorden, zelfs als daar enige tijd overheen gaat (Med.#15; Med.#14).
Gericht zijn op de eeuwige gemeenschap met onze liefhebbende Vader die we reeds hier op aarde genieten en waar we in groeien, zegt Johannes, zal ons helpen terugval in de zonde te vermijden. Maar zelfs als we zondigen, dan nog is het de liefde van de Vader die ons helpt de schaamte, schuld en vrees voor veroordeling te overwinnen, zodat we onze zonden belijden en terugkeren tot het wandelen in het licht. Want wanneer we zien op Jezus als ons Zoenoffer, zegt Johannes, dan zien we de liefde van de Vader. En zien op Jezus als onze Pleitbezorger herinnert ons er aan dat onze liefdevolle Vader voor ons is, en niet tegen ons (Med.#52). Wij kunnen ‘door hem leven’ als volwassen zonen en dochters ‘van bovenaf geboren… uit de Geest’ (Med.#58). Want de Geest die allereerst gegeven werd aan Jezus,- de Eerstgeborene op aarde en de ‘eniggeboren’ erfgenaam[iii], is nu – na zijn hemelvaart – ook uitgestort in ons hart (Med.#4), als Gods eigen DNA (‘zaad’). Zodoende brengt de Geest ons de Vader nabij, zodat we niet willen ‘doorgaan met zondigen’ (1 Joh. 3:9 BB), en tegelijkertijd ook Jezus nabij (Med.#51), opdat hij ‘de Zoon die (eerst) uit God geboren werd’ allen die ‘uit God geboren zijn’ kan beschermen tegen de pogingen van de boze om hen op een van zijn duistere paden te laten blijven wandelen (1 Joh. 5:18).
Ten slotte, de vierde manier waarop we krachtig worden in het weerstand bieden aan de boze en de begeerten van de wereld is Gods Woord in ons hart. Wanneer we Gods Woord lezen en overdenken dan herinnert de Geest ons aan alles wat Jezus ons geleerd heeft (Med.#51), en leren we wat onze Vader belangrijk vindt in hoe hij ons bestemd heeft om te leven. En de liefde van de Vader, die ons hart vervult, die maakt dat het gehoorzamen van zijn geboden dan geen ‘zware last’ is (1 Joh. 5:2b-3).
In zijn gelijkenis van de zaaier (Luc. 8:5-15) vergelijkt Jezus Gods Woord met het ‘zaad’, en onderscheidt hij twee soorten Christenen die het ontvangen hebben, maar die niet tot volle wasdom komen omdat hun hart vol ‘rotsen’ en ‘onkruid’ zit. De ene soort Christenen volgt hem slechts dan wanneer hij hen een succesvol en onbezorgd leven geeft, en zo’n rotsachtige verwachting laat weinig ruimte over voor het Woord als geheel om in hun leven te wortelen. In het hart van de andere soort Christenen ‘verstikken’ de ‘rijkdom, genoegens en bezorgdheid’ van deze wereld de liefdevolle woorden van de Vader, die goede vruchten hadden kunnen voortbrengen in hun leven. Om het in Johannes’ woorden te zeggen: ofwel de liefde voor de wereld zal de liefde van de Vader in ons hart ‘verstikken’, of zijn liefde in ons hart zal ons in staat stellen om te rijpen in zijn liefde en de boze en de liefde voor de wereld te overwinnen. Want het is onze liefde, stevig geworteld in de liefde van de Vader (Med.#37) en in zijn Woord, en niet in de eerste plaats dat wat we geloven op basis van zijn Woord waarin we ons ware discipelen van Jezus betonen in deze wereld (Joh. 13:35).
Blijf jij in de liefde van je Vader door te leven door Jezus? Versterk jij jezelf in zijn autoriteit als jouw Pleitbezorger – door tijd door te brengen met luisteren naar zijn Woord en daaraan te gehoorzamen, en door de stem van de Heilige Geest (je andere Pleitbezorger) in acht te nemen – zodat je de boze en de invloed van deze wereld kan overwinnen?
HET WOORD ZINGEN (De Vaders Liefde, muziek J.K. Mellis ©2010[iv]).
VOETNOOT
[i] We gebruiken hier (net als in o.a. de S4A vertaling) het woord ‘jullie’ om aan te geven waar Johannes (in het Grieks) het meervoud gebruikt en daarmee alle gelovigen aanspreekt.
[ii] Hoewel Pleitbezorger’ in de NBV niet met een hoofdletter geschreven wordt in deze tekst, doet de VM dat wel met hetzelfde Griekse woord [parakleetos] in Joh. 14:16 waar het vertaald wordt met ‘Trooster’, om de rol te beschrijven die zowel Jezus als de Heilige Geest spelen in ons leven (Med.#51). Daarom hebben we er voor gekozen om het ook hier met een hoofdletter te schrijven, evenals het woord ‘Zoenoffer’, in overeenstemming met ons hoofdlettergebruik in de GH en PH, en om daarmee het gelijke belang aan te duiden van beide rollen die Jezus vervult in ons leven.
[iii] In Matteüs 1 verwijst ‘laat geboren worden’ (NB) [Gr. gennao] naar het kind dat bij zijn geboorte de ‘erfgenaam’ werd. Jezus werd bij het ontvangen van de Heilige Geest (Luc. 3:22, Med.#26) de enige menselijke ‘erfgenaam’ van God (Heb. 1:2,6; Med.#7). Als ‘degene geboren [Gr. ho genneetheis] uit God’ doopt hij ons in de Geest als eveneens ‘geboren [Gr. ge-genneemenos] uit God’ (1 Joh. 5:18; Joh. 1:12, 18,33-34; 3:5-8,35, Med.#58) en maakt ons daarmee zijn ‘mede-erfgenamen’ (Rom. 8:15-17, Med.#5).
[iv] Leden kunnen hier de bladmuziek voor dit lied vinden.